Een opmerkelijk monument siert sinds januari 2018 het Wim Saerensplein in Deurne. Het Vredesmonument is een eerbetoon aan 43 Deurnse politieagenten die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden gedeporteerd. Tegelijk wil het voorbijgangers laten stilstaan bij het belang van vrede. Ontwerper André Bladt vertelt hoe het monument tot stand kwam.
Op iets meer dan een half jaar realiseerden André Bladt en zijn collega Cindy Verstraeten (multiprofessioneel architectenbureau Bladt ir & Verstraeten arch) het Vredesmonument, van ontwerp tot realisatie. Op 14 januari 2018 werd het ingehuldigd, bij de jaarlijkse herdenking van de deportatie van 43 Deurnse politieagenten naar de concentratiekampen in 1944. Slechts 8 onder hen keerden levend terug. De agenten werden opgepakt omwille van verzetsactiviteiten. Voor zover valt na te gaan, waren de meesten ook effectief lid van het verzet. Hun aantal groeide naarmate de oorlog vorderde. Na hun deportatie kwamen de meesten terecht in de concentratiekampen van Gross-Rosen en Dora. De levensomstandigheden waren er erbarmelijk en gevangenen werden er mishandeld, gefolterd en vermoord.
Ook Alfons Schneider wordt herdacht door het Vredesmonument. De laatste vooroorlogse burgemeester van Deurne werd opgepakt op 25 mei 1944. Hij was dan al geen burgemeester meer van Deurne, dat sinds 1 januari 1942 deel uitmaakte van Groot-Antwerpen. Op 19 juni werd hij op het transport naar Buchenwald gezet, later ging hij naar Dora. Alfons Schneider stierf op 5 augustus 1944.
Een zuil voor elke overledene
“We wilden er geen beeld of klassiek monument van maken”, vertelt André Bladt, “wel een ontmoetingsplaats met een dubbel doel: de slachtoffers huldigen en het belang van vrede onderlijnen.” André Bladt en Cindy Verstraeten plaatsten 37 vierkante zuilen en 8 zitbanken. Centraal tussen deze elementen staat de zogenaamde buitenkamer. Het is een kubusvormig bouwwerk met in de hoogte een omgekeerde piramide met de foto’s van de overleden politiemannen.
Vanuit alle richtingen kan je het monument betreden. “Zo kan je de opbouw geleidelijk ervaren. 35 zuilen staan voor een overleden politieman en dragen telkens een naam. Aan de rand staan de laagste zuilen van 80 centimeter, centraal de hoogste van 3,60 meter. Zo creëren we een aanzuigeffect naar de buitenkamer. Er is geen wandelpatroon, de bedoeling is dat je op de zuilen botst, dat je ervaart alsof er iemand staat. De vraag was welke agent een kleine zuil kreeg en welke een grote. Dat losten we op door de namen te laten trekken door leerlingen van het Atheneum van Deurne. Omdat het monument ook een ontmoetingsplaats is, staan er ook banken. Die banken staan telkens voor een agent die levend is teruggekeerd.”
“In de opdracht werd ook een spreekgestoelte gevraagd. Op die zuil zetten we de naam van burgemeester Alfons Schneider, die ook stief na zijn deportatie. De burgemeester komt normaal gezien op activiteiten iets vertellen. Daarom zochten we een logische connotatie.” Een laatste zuil is naamloos en herdenkt andere slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog.
60.000 kilogram graniet
“Ons eerste idee was om de zuilen in beton te maken, maar dat wordt snel vuil”, vertelt André Bladt. “Daarom kozen we voor graniet. Dat betekent dat we 60.000 kilogram van dat gesteente moesten laten aanvoeren, voor de tegels, de zitbanken en de zuilen. Ook de stalen structuur van de buitenkamer is bekleed met graniet. De omgekeerde piramide is open onderaan. Als het regent, valt het water door die trechter naar beneden. Dat geeft een zekere dynamiek.”
“Op de piramide staan de foto’s, telkens gericht naar de zuil van de persoon op de foto. Die foto’s werden op spiegels gekleefd. We moesten experimenteren met foto’s uit de jaren 40, de kwaliteit was niet altijd even goed. We kozen de foto van agent Jef Voet om de techniek te testen omdat die eruit sprong. De proefspiegel met zijn afbeelding gaven we achteraf aan zijn dochter Carry. Toen haar vader werd opgepakt, was zij 2 jaar. 'Ik heb hem nooit gekend, maar wel gemist', zei ze. Jef Voet heeft net het einde van de oorlog niet gehaald. Hij moest in de concentratiekampen werken aan de V-bommen. En wat bleek? Bij de V-bominslag op Cinema Rex is zijn dochter, Carry’s zus, omgekomen. Wat een tragisch verhaal.”
Een naam en een gezicht
“Bewust hebben we geen enkel ander monument bekeken toen we aan de opdracht begonnen”, zegt André Bladt. “Al na één dag wisten we dat het dit ontwerp zou worden. We wilden het individuele slachtoffer aan bod laten komen, zowel met de namen op de zuilen als met de foto's. Vaak zie je op zo'n monument geen namen, maar worden de slachtoffers als groep vermeld. Maar als je mensen wil aanspreken, heb je meer effect als je er een gezicht en naam op kleeft.”
André Bladt – zijn vader zat in het verzet en had een neef die RAF-piloot was – vindt het belangrijk dat het om een vredesmonument gaat, geen oorlogsmonument. “De bedoeling van de spiegel is het belang van vrede aan te tonen. We waren in Europa zovele jaren verwend, we dachten dat vrede een verworven recht was. Maar voor je het weet is er weer een dictatuur die zegt wat je moet doen en denken. Doordat de foto's op een spiegel kleven, besef je als toeschouwer: Als het weer verkeerd gaat, ben ik dat misschien. Je ziet immers jezelf in de spiegels samen met de foto’s van de gedeporteerde politiemannen.”